IAM Nascholing

IAM Nascholing iAM Nascholing is een praktijkgericht nascholingsconcept speciaal voor en door anesthesiemedewerkers. Van de makers van A&I.

iAM biedt vakinhoudelijke en kwalitatief hoogstaande nascholing, die je kunt volgen waar en wanneer het jou uitkomt.

In de afgelopen 15 jaar is het aantal zzp’ers in de zorg explosief gestegen. Deze groei wordt gedreven door een combinat...
23/07/2025

In de afgelopen 15 jaar is het aantal zzp’ers in de zorg explosief gestegen. Deze groei wordt gedreven door een combinatie van factoren die voor zorgprofessionals steeds belangrijker zijn geworden. Autonomie speelt hierin een cruciale rol. Waar het vaste dienstverband zich vaak binnen een bepaald team afspeelt en beperkte invloed op de eigen werksituatie biedt, geeft het zzp-schap zorgverleners veel vrijheid. Onderzoek laat zien dat eigen invloed over hoeveel, waar en wanneer je werkt de primaire drijfveren zijn voor de stap naar zzp-schap. Deze flexibiliteit stelt professionals niet alleen in staat om werk en privé beter in balans te brengen, maar ook om zichzelf te richten op specifieke zorgvragen waarin zij excelleren. Waar komt de zzp’er in de zorg vandaan en welke ontwikkelingen spelen er op dit moment rondom het ‘dossier zzp’? Nooit eerder was er zoveel te doen over het onderwerp. Hoe kun je naar het onderwerp kijken?

Het zzp-schap wordt vaak onterecht geassocieerd met financiële motieven. De mythe van de zzp’er als ‘geldwolf’ doet geen recht aan de werkelijkheid. Uit onderzoek blijkt dat zorgprofessionals vooral kiezen voor het zzp-schap omdat zij hierdoor duurzaam en met plezier in de zorg kunnen blijven werken. Zij zijn bereid om extra verantwoordelijkheden zoals administratieve plichten rondom ondernemerschap en onzekerheid over opdrachten te accepteren, in ruil voor meer zeggenschap over hun loopbaan. De overstap naar zzp’er is vaak ingegeven door ontevredenheid over de kwaliteit van het dienstverband. Hoge werkdruk, weinig invloed op roosterplanning en beperkte doorgroeimogelijkheden leiden tot frustratie onder zorgverleners, waardoor velen de overstap maakten.

De kwaliteit van het dienstverband onder druk
Tot op heden zijn de omstandigheden in het vaste dienstverband de afgelopen 15 jaar niet sterk gewijzigd. Recente onderzoeken van Nivel3 en PFZW4 bevestigen dat vaste dienstverbanden in de zorg steeds minder aantrekkelijk zijn. Veel professionals voelen zich beperkt door strikte regels, beperkte zeggenschap en een gebrek aan flexibiliteit. Het animo voor nieuwe vaste contractvormen in de zorg neemt dan ook zienderogen af. Waar werkgevers denken met vaste contracten personeel te binden, drijven deze structuren zorgverleners juist naar het zzp-schap. Het zzp-model wordt steeds vaker gezien als een duurzaam alternatief dat beter aansluit bij de behoeften van de hedendaagse zorgprofessional.

Lees hier meer over zzp in de zorg: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/77a7aa63-ea68-489d-97c1-37d8fc06738e

Door: Lex Tabak

Nieuw webinar in de agenda: Transoesofagale echocardiografie (TEE) op woensdag 1 oktober. Dit webinar is gratis voor abo...
21/07/2025

Nieuw webinar in de agenda: Transoesofagale echocardiografie (TEE) op woensdag 1 oktober. Dit webinar is gratis voor abonnees van iAM. Schrijf je nu in (let op: je wordt direct doorgestuurd naar Zoom om in te schrijven): https://zoom.us/webinar/register/WN_gwKgPV78TO2-i3QRLHXEbg%20 #/registration

Tijdens cardiochirurgische ingrepen wordt veelal gebruikgemaakt van transoesofagale echocardiografie (TEE) om onder andere kamerfunctie, klepgebreken en vullingsstatus te monitoren. Ook bij andere ingrepen kan TEE van pas komen, zoals bij ingrepen met veel bloedverlies, bij cardiaal belaste patiënten of als diagnostisch hulpmiddel bij aanhoudende hemodynamische instabiliteit.

In het nieuwe iAM-webinar hierover op woensdag 1 oktober legt cardio-anesthesioloog Tim Alberts uit hoe de beelden van een TEE-onderzoek tot stand komen, worden drie belangrijke standard views behandeld en worden meerdere voorbeelden getoond van verminderde ventrikelfunctie en klepafwijkingen.

Accreditatie: 1 punt bij de NVAM

Iedereen die op de operatiekamer werkt, kent het wel: een stressvolle situatie waarin je uit je slof schiet of impulsief...
16/07/2025

Iedereen die op de operatiekamer werkt, kent het wel: een stressvolle situatie waarin je uit je slof schiet of impulsief reageert. Waarom gebeurt dit? Wat gebeurt er in ons brein waardoor we soms anders reageren dan we willen? En belangrijker nog: wat kunnen we doen om deze stressreacties te begrijpen en te beheersen?

Wij gaan we dieper in op de mechanismen van stress in ons brein. We verkennen de rol van de amygdala, thalamus en prefrontale kwab en bekijken hoe deze samen ons gedrag sturen. Door inzicht te krijgen in deze processen, kun je leren om beter om te gaan met stressvolle situaties en de rust en controle bewaren die nodig zijn om effectief te werken op de operatiekamer.

Wat gebeurt er onder stress?
Stress is een natuurlijke reactie van ons lichaam op een bedreiging. Vanuit evolutionair perspectief is dit cruciaal voor overleving: een tijger zien, adrenaline aanmaken en wegrennen. In het moderne leven zijn die tijgers vervangen door werkdruk, strakke deadlines en intepersoonlijke spanningen. Ons brein reageert echter nog steeds op dezelfde manier. Om dit beter te begrijpen, moeten we een belangrijk principe voor ogen houden: mensen kunnen en willen veranderen, maar willen niet veranderd worden. Stel dat je leidinggevende ’s ochtends aankondigt dat het werk voortaan om 6 uur begint. Je eerste reactie is waarschijnlijk weerstand – je voelt irritatie en zet je hakken in het zand. Pas als er een duidelijke uitleg volgt (bijvoorbeeld dat je daardoor eerder klaar bent), kun je de verandering omarmen. Stressvolle situaties roepen vaak dit soort weerstand op omdat ons brein primair reageert op bedreigingen van autonomie en comfort.

Lees hier meer over: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/522fd0b0-52eb-46e3-bb71-7ee0f1b1d20e

Door: Bart Torensma

Een scoliose is een driedimensionale deformiteit van de wervelkolom. Naast de wervelkolomafwijking hebben de meeste scol...
09/07/2025

Een scoliose is een driedimensionale deformiteit van de wervelkolom. Naast de wervelkolomafwijking hebben de meeste scoliosepatiënten die in aanmerking komen voor een scoliose-corrigerende operatie belangrijke comorbiditeit. Zowel pre-, intra-, als postoperatief is het anesthesiologisch team betrokken bij de multidisciplinaire perioperatieve zorg. IAM legt uit dat een scoliose-operatie een uitdaging kan zijn voor het anesthesiologisch team bij alle ABCDE-aspecten.

Casus
Een 63-jarige man met de ziekte van Bechterew, ook wel spondylitis ankylopoëtica genoemd, heeft een indicatie om geopereerd te worden aan zijn ernstig gekromde rug. Zijn kyfoscoliose zorgt ervoor dat hij niet goed meer rechtop kan staan en door zijn knieën moet zakken om recht vooruit te kunnen kijken. Ook heeft hij rugpijn waarvoor hij meerdere medicijnen gebruikt. De orthopeed zal hem samen met een neurochirurg opereren. Doel is om hem weer beter rechtop te kunnen laten staan en zijn pijnklachten te verminderen. Hij wordt op de wachtlijst geplaatst voor een posterieure kyfose-correctie met intraoperatieve neuromonitoring. Tegelijkertijd wordt hij aangemeld voor een fysieke preoperatieve anesthesiologische screening. Tijdens deze screening wordt de luchtweg als potentieel lastig beoordeeld en krijgt hij uitleg over een wakkere fiberoptische intubatie. Verder heeft de man een restrictieve longfunctie, die met aanvullend onderzoek wordt gekwantificeerd. Er wordt uitleg gegeven over de postoperatieve pijnstilling, die een multimodale aanpak zal hebben. Na het verkrijgen van een volledig beeld van de man, volgt er een anesthesiologische vrijgave voor deze operatie. Na ruim een half jaar op de wachtlijst te hebben gestaan kan de man geopereerd worden.

Lees hier meer over een scoliose operatie: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/1921881b-a550-4ab0-94a5-09c0dce25914

Door: Mireille van Stijn en Richard Voornemen

Casus Anesthesiemedewerker Mark werkt al jaren op de operatieafdeling en staat bekend als een betrouwbare collega. De la...
02/07/2025

Casus
Anesthesiemedewerker Mark werkt al jaren op de operatieafdeling en staat bekend als een betrouwbare collega. De laatste tijd merken zijn collega’s echter veranderingen: Mark oogt vermoeid en maakt fouten die hij normaal nooit maakt. Hij lijkt soms geïrriteerd en zondert zich vaak af. Er wordt onderling gesproken over zijn gedrag, en sommigen vermoeden een mogelijke verslaving. Maar niemand durft dit met hem te bespreken uit angst voor een ongemakkelijke situatie en het schenden van zijn privacy.

Problematisch middelengebruik en verslaving hebben verstrekkende gevolgen, niet alleen voor de persoonlijke gezondheid van de betrokkene, maar ook op de werkprestaties en veiligheid op de werkvloer. Uit onderzoek van het Trimbos-instituut blijkt dat maar liefst een op de zes werkenden (17%) riskant drinkt. Iemand die riskant drinkt, krijgt problemen door dit drinkgedrag. Het alcoholgebruik leidt jaarlijks tot een verlies van 2,9 miljoen verzuimdagen en naar schatting 20 tot 25% van alle ongevallen op het werk wordt veroorzaakt door alcoholgebruik.

Deze cijfers onderstrepen de grote impact van middelengebruik op de werkvloer. Voor zorgprofessionals, die dagelijks verantwoordelijk zijn voor patiënten, brengt problematisch middelengebruik extra risico’s mee voor de patiëntveiligheid. Een verslaving onder zorgverleners kan bijdragen aan een verhoogde kans op fouten, verminderd empathisch vermogen en minder scherpe besluitvorming. Daarom is het essentieel om binnen de zorgsector bewustwording te vergroten en verslaving bespreekbaar te maken. Dit vraagt om de erkenning dat verslaving een ziekte is die behandeld kan worden en om een cultuur waarin zorgprofessionals zich veilig voelen om hulp te zoeken.

Lees hier meer over de prevalentie van verslaving onder zorgprofessionals, de risicofactoren en hoe problematisch middelengebruik op een vertrouwelijke manier bespreekbaar gemaakt kan worden: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/4b42daf9-f1f6-455e-9fb5-c5349f8a7f16

Door: Marlies de Rond

Door de groeiende wetenschappelijke literatuur is het cruciaal dat behandelbeslissingen gebaseerd zijn op zowel klinisch...
26/06/2025

Door de groeiende wetenschappelijke literatuur is het cruciaal dat behandelbeslissingen gebaseerd zijn op zowel klinische expertise als het beste beschikbare bewijs. EBM vermindert onzekerheden in de praktijk en verbetert de zorg. De uitdaging is echter hoe je efficiënt door de informatie navigeert en deze toepast. Dit en meer leer je op maandag 6 en dinsdag 7 oktober tijdens een nieuwe editie van de verdiepende masterclass Evidende-based medicine in de praktijk.

Reserveer snel je plek want er zijn maar een beperkt aantal plaatsen beschikbaar om voldoende interactie te kunnen waarborgen. Inschrijving loopt via onze zusterformule Psyfar: https://www.psyfar.nl/bijeenkomsten/bijeenkomst/t/masterclass-EBM-2025

Het lesprogramma van beide cursusdagen bestaat uit een plenaire inleiding, waarna in drie kleine werkgroepen, drie verschillende workshops gevolgd zullen worden. De drie workshops per dag gaan over:

Dag 1 | Maandag 6 oktober
✔ Literatuuronderzoek: leer snel en efficiënt vinden wat u zoekt in de medische-wetenschappelijke literatuur.
✔ Number crunching therapie: in deze workshop komen de begrippen als relatieve risicoratio's, odds ratio en number needed tot treat aan de orde
✔ De beoordeling van een artikel over therapie

Dag 2 | Dinsdag 7 oktober
✔ Number crunching diagnostiek: hier komen begrippen als de vooraf- en achterafkans aan de orde en ontrafelen we de likelihood ratio
✔ Beoordeling van een artikel over diagnostiek
✔ Beoordeling van een systematische review over therapie

Accreditatie: 12 punten bij de NVK, NVvP en het VSR

Sprekers: dr. Jolita Bekhof (kinderarts), drs. Eelco Draaisma (kinderarts), drs. Veerle Langenhorst (kinderarts), dhr. Stefan van Dorth (kinderarts), dhr. Aernout Snoek (sportarts) en mw. Marina Kaspar (kinderarts)

Als zorgverlener kom je in contact met patiënten van verschillende achtergronden en met verschillende identiteiten. Je b...
25/06/2025

Als zorgverlener kom je in contact met patiënten van verschillende achtergronden en met verschillende identiteiten. Je behandelt patiënten met een diversiteit in onder andere hun leeftijd, etniciteit, genderidentiteit, sociaaleconomische status, religie en lichamelijke en verstandelijke mogelijkheden. Persoonsgerichte en inclusieve communicatie is van groot belang in patiëntcontact. Taal heeft veel invloed op de patiëntrelatie. Met de juiste woorden kunnen we een veilige, inclusieve plek creëren voor elke patiënt. Het is dus relevant om stil te staan bij de woorden die we dagelijks gebruiken in patiëntcontact, in het bijzonder met betrekking tot genderdiversiteit.

Transgender en non-binaire personen zijn de afgelopen jaren steeds zichtbaarder geworden in de Nederlandse samenleving. Meer aandacht voor genderdiversiteit in de media staat echter niet gelijk aan meer acceptatie van genderdiverse personen. Het publieke debat rondom trans personen is momenteel meer verhard en gepolariseerd. Deze verharding heeft invloed op de discriminatie waar genderdiverse personen mee te maken hebben. Transgender personen zijn vaker slachtoffer van pestgedrag, agressie en (seksueel) geweld dan cisgender personen. Daarnaast ervaren transgender personen ook vaker lichamelijke en psychische klachten dan cisgender personen. Voor genderdiverse personen is de gezondheidszorg eveneens ontoegankelijker, onder andere door ervaren en geanticipeerde stigmatisering, een gebrek aan gendersensitiviteit en heersende normen over gendernormen en -rollen.

IAM laat zien hoe je als zorgverlener gendersensitief en inclusief te werk kunt gaan in de omgang en communicatie met genderdiverse personen. Allereerst wordt achtergrondinformatie gegeven over genderdiversiteit en worden belangrijke begrippen toegelicht. Vervolgens krijg je aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden uitleg en praktische tips hoe je een inclusieve zorgsetting kunt creëren voor genderdiverse patiënten.

Lees hier meer over: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/34a774d2-71a2-4ec0-a986-fbee4dc987f9

Door: Aafke Uilhoorn

Virtual reality (VR) biedt een innovatieve benadering in de perioperatieve zorg, gericht op het verminderen van angst, s...
18/06/2025

Virtual reality (VR) biedt een innovatieve benadering in de perioperatieve zorg, gericht op het verminderen van angst, stress en pijn zonder de bijwerkingen van medicatie. VR werkt niet alleen als een afleidingsmiddel, maar heeft ook een direct effect op de neurofysiologische processen van pijnverwerking door de activiteit in pijngerelateerde hersengebieden te verminderen en de focus te verschuiven naar aandacht en motorische coördinatie.

IAM bespreekt het gebruik van VR bij preoperatieve angst, pijn tijdens medische procedures, bevalling en postoperatieve zorg. De technologie biedt potentie bij de behandeling van chronische pijn door conditionering en exposuretherapie. Praktische tips voor implementatie benadrukken het belang van training van personeel, personalisatie van de VR-ervaring en monitoring van mogelijke bijwerkingen. De inzet van VR kan leiden tot verbeterde patiëntuitkomsten en een verminderde behoefte aan medicamenteuze interventies, wat het tot een waardevolle aanvulling maakt in moderne, patiëntgerichte zorg.

Casus
Julia, een 8-jarig meisje, wordt opgenomen voor een geplande appendectomie. Normaal gesproken is Julia een vrolijk kind, maar vandaag lijkt ze onrustig en nerveus. Terwijl ze in de wachtkamer zit, friemelt ze constant met haar handen en vermijdt ze oogcontact met de verpleegkundige die haar situatie probeert uit te leggen. Julia’s angst lijkt alleen maar toe te nemen naarmate de tijd verstrijkt en de operatie dichterbij komt. De anesthesiemedewerker merkt Julia’s spanning op en stelt de VR-bril voor. Julia aarzelt aanvankelijk, maar zodra ze de bril opzet, kiest ze voor een filmpje met dolfijnen onder water. Ze wordt ondergedompeld in een levendige, virtuele wereld, omringd door speelse dolfijnen die vrolijk om haar heen zwemmen. Terwijl ze om zich heen kijkt in deze virtuele omgeving, ontspant ze zichtbaar.

Wanneer het tijd is om naar de operatiekamer te gaan, vertoont Julia minder tekenen van angst. Haar ademhaling is gelijkmatiger en ze geeft haar moeder een zelfverzekerde knipoog. Na de operatie meldt Julia’s moeder dat de VR haar dochter heeft geholpen de procedure beter te doorstaan zonder de paniek die ze eerder ervaarde. Julia geeft zelfs aan dat ze de ervaring ‘leuk’ vindt.

Lees hier meer over de innovatieve aanpak voor angst- en stressvermindering perioperatief: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/74a3c856-6c2b-4d16-9d01-ba67be502ec8

Door: Krista Hoek

Allerlaatste kans om je in te schrijven voor het webinar Pacemakers en ICD’s op woensdag 18 juni! Meld je nu aan en laat...
17/06/2025

Allerlaatste kans om je in te schrijven voor het webinar Pacemakers en ICD’s op woensdag 18 juni! Meld je nu aan en laat je bijpraten over de laatste ontwikkelingen op dit valk in de anesthesie: https://zoom.us/webinar/register/WN_Iq7z2uoNSCSXrGsjsqImtg #/registration

Tijdens medische ingrepen kan de aanwezigheid van een pacemaker of ICD (implantable cardioverter defibrillator) grote invloed hebben op het anesthesiologisch beleid. Kennis van deze systemen is daarom onmisbaar voor een veilige en effectieve operatie. Op woensdag 18 juni biedt het nieuwe webinar Pacemakers en ICD’s verdiepende kennis hierover.

Anesthesioloog-intensivist Wolfgang Bauer neemt je mee in de wereld van pacemakers en ICD’s, met bijzondere aandacht voor:
✔ de verschillende systemen en hun werking;
✔ de meest voorkomende indicaties voor implantatie;
✔ de praktische consequenties voor anesthesie en sedatie.

Tranexaminezuur wordt veelvuldig toegepast in de directe behandeling van patiënten volgend op een letsel. Bij patiënten ...
11/06/2025

Tranexaminezuur wordt veelvuldig toegepast in de directe behandeling van patiënten volgend op een letsel. Bij patiënten met hersenletsel zijn inmiddels meerdere studies verricht naar het nut van deze toepassing, met wisselende aanbevelingen. Bij patiënten met mild (GCS 13-15) of matig (GCS 9-12) traumatisch hersenletsel lijkt er een zinvol effect te bestaan bij het geven van tranexaminezuur. Bij ernstig hersenletsel is dit onzeker, vooral als dit geïsoleerd ernstig hersenletsel betreft. Er zijn zelfs observationele data die het gebruik in dat geval juist zouden afraden. Voor de algemene traumapopulatie geldt dat de aanbevelingen wisselend zijn, waarbij in alle studies moet worden opgemerkt dat het aantal te behandelen patiënten om één gunstig effect te bewerkstelligen hoog is. Tot slot geldt ook voor tranexaminezuur dat er negatieve bijwerkingen kunnen optreden.

Casus
Op de Spoedeisende Hulp (SEH) wordt een 17-jarige jongen gepresenteerd als groot-traumamelding. Zijn voorgeschiedenis is blanco. De toedracht vermeldt dat de patiënt op zijn fatbike is geschept door een auto. De bestuurder van de fatbike reed op dat moment ruim 25 km/h. Hij is met zijn fiets frontaal tegen de auto geklapt, waarbij hij hoogstwaarschijnlijk met zijn hoofd de voorruit heeft geraakt. Patiënt was direct al niet aanspreekbaar, reageerde niet op een pijnprikkel, boog wel zijn rechterarm op pijn en gaf wat rare geluiden bij pijnprikkel. Daarnaast had hij een snurkende ademhaling. Naast een ambulance werd direct een Mobiel Medisch Team (MMT) opgeroepen door de meldkamer. Bij een Glasgow Coma Scale (GCS)-score van 6 werd hij geïntubeerd met 70 mg s-ketamine en 70 mg rocuronium. Zijn bloeddruk was 110/70 mmHg met een hartfrequentie van 120/min. De behandelaars twijfelen of tranexaminezuur nuttig is bij deze patiënt met verdenking op traumatische hersenbloeding.

Lees hier meer over traumatisch hersenletsel: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/87664b6c-0cef-4481-be72-848cdd0da213

Door: Bas Bossers

Hoewel de incidentie van acute infectieuze oorzaken van luchtwegobstructie op de kinderleeftijd die vroeger nog weleens ...
04/06/2025

Hoewel de incidentie van acute infectieuze oorzaken van luchtwegobstructie op de kinderleeftijd die vroeger nog weleens tot een tracheotomie leidden (zoals difterie en epiglottis), is afgenomen, is er nog regelmatig een indicatie voor een tracheacanule bij kinderen. Wel lijkt het de laatste jaren om andere indicaties te gaan. We zien nu vaker een indicatie voor een tracheastoma als gevolg van de toegenomen overleving van (extreme) prematuren en van kinderen met complexe medische aandoeningen en ter ondersteuning van een complex oncologisch of cardiologisch traject. Exacte aantallen zijn niet bekend, maar naar schatting zijn er in Nederland circa 80 kinderen met een tracheacanule die niet worden beademd en 70 met tracheostomale beademing. Een tracheacanule biedt in vergelijking met intubatie op de Intensive Care een aantal voordelen:
- vergemakkelijking van (thuis)beademing;
- comfort voor de patiënt;
- de mogelijkheid om het ziekenhuis te verlaten;
- verbetering van de communicatie en interactie tussen ouder en kind.

De impact op het leven van het kind en zijn omgeving is echter groot. Een kind met een tracheacanule kan meestal niet aangeven wanneer een luchtwegobstructie dreigt, alleen al omdat het geen geluid kan maken. Daarom is continue monitoring noodzakelijk wanneer het kind zich buiten het gezichtsveld van de ouders/ verzorgers bevindt. Even snel een boodschap gaan doen of het kind naar school of dagopvang brengen is niet zomaar meer mogelijk. In de auto moeten bijvoorbeeld altijd twee geschoolde personen mee omdat de bestuurder bij een acuut probleem immers niets kan doen. De spullen die ouders moeten meenemen (zoals uitzuigapparatuur, noodcanules, saturatiemonitor) zijn bij elkaar een tas vol. De zorg combineren met werk is ingewikkeld en de aanwezigheid van thuiszorg kan een inbreuk zijn op de privacy van ouders. Daarnaast hebben kinderen met een tracheacanule vaak slik- en voedingsproblemen en zijn ze kwetsbaar voor luchtweginfecties, waardoor ziekenhuisopname regelmatig nodig is. Dit alles legt een grote druk op het gezinsleven.

In veel situaties wordt een tracheacanule geïndiceerd ter overbrugging van een complex medisch traject. Ondanks het tijdelijke karakter blijkt het in de praktijk vaak lastig een patiënt weer snel te decanuleren en duurt het soms jaren voordat de canule kan worden verwijderd. Hoewel de tracheacanule in veel gevallen levensreddend en levensverlengend is, bestaat er een risico van 1-3% op overlijden door een acute luchtwegobstructie.

Lees hier meer over tracheacanule bij kinderen: https://www.prelumacademy.nl/vakmedia/iam/5df31d9c-a66e-4b85-b370-f655c87409af

Door: Joost Bittermann, Maartje Haasnoot en Saskia Coenraad

Tijdens medische ingrepen kan de aanwezigheid van een pacemaker of ICD (implantable cardioverter defibrillator) grote in...
30/05/2025

Tijdens medische ingrepen kan de aanwezigheid van een pacemaker of ICD (implantable cardioverter defibrillator) grote invloed hebben op het anesthesiologisch beleid. Kennis van deze systemen is daarom onmisbaar voor een veilige en effectieve operatie.

Op woensdag 18 juni biedt het nieuwe webinar Pacemakers en ICD’s verdiepende kennis hierover. Schrijf je nu in: https://zoom.us/webinar/register/WN_Iq7z2uoNSCSXrGsjsqImtg #/registration

Anesthesioloog-intensivist Wolfgang Bauer neemt je mee in de wereld van pacemakers en ICD’s, met bijzondere aandacht voor:
✔ de verschillende systemen en hun werking;
✔ de meest voorkomende indicaties voor implantatie;
✔ de praktische consequenties voor anesthesie en sedatie.

Adres

Houten

Meldingen

Wees de eerste die het weet en laat ons u een e-mail sturen wanneer IAM Nascholing nieuws en promoties plaatst. Uw e-mailadres wordt niet voor andere doeleinden gebruikt en u kunt zich op elk gewenst moment afmelden.

Contact

Stuur een bericht naar IAM Nascholing:

Delen